Clusterbommen maken dagelijks 3 slachtoffers

Cluster Munition Monitor Report 2017: verdubbeling aantal slachtoffers in 2016

De Cluster Munition Monitor 2017 bracht vandaag zijn verslag uit en maakt gewag van een stijging van het aantal slachtoffers van clusterwapens. Tussen 2015 en 2016 is hun aantal verdubbeld, van 419 in 2015 tot 971 in 2016. Dit komt neer op gemiddeld drie slachtoffers per dag. In 98 % van de opgetekende gevallen ging het om burgers. Handicap International roept de staten en strijdende partijen op om onmiddellijk af te zien van elk gebruik van clustermunitie.

Het Verdrag van Oslo, dat sinds 1 augustus 2010 van kracht is, telt inmiddels 119 lidstaten. 28 partijen hebben samen al 1,4 miljoen voorraden van clusterwapens vernietigd, goed voor 175 miljoen stuks clustermunitie. En onlangs nog bekrachtigden twee nieuwe staten het Verdrag, met name Benin en Madagaskar.

Nochtans wijst de Cluster Munition Monitor Report 2017 op een verdubbeling van het aantal doden en gewonden tussen 2015 en 2016 als gevolg van het gebruik van clusterwapens. In 2016 maakten de wapens elke dag 971. In 2015 waren dat er nog 419. In 98 % van de opgetekende gevallen ging het om burgers. 

Syrische conflict 

Sinds midden 2012 worden clusterwapens continu ingezet in het Syrische conflict, dat in 2016 verantwoordelijk was voor 89 % van het totale aantal opgetekende slachtoffers van clusterwapens ter wereld, meer bepaald 860 slachtoffers op een totaal van 971 slachtoffers. 

“Het herhaalde gebruik van clustermunitie in Syrië wijst op het gebrek aan respect voor het leven van de burgers. In bepaalde gevallen worden die burgers zelfs bewust als doelwit gebruikt", benadrukt Alma Al-Osta, wapenexpert en lobbyist voor Handicap International in Brussel. "We moeten alles in het werk stellen om die regels te laten gelden en op termijn het gebruik van deze wapens in conflictgebieden de wereld uit te helpen."

Naast Syrië en Jemen werd immers ook in Opper-Karabach – een betwist gebied tussen Armenië en Azerbeidzjan –, Somalië (in 2016), Oekraïne, Soedan en Libië (begin 2015) gebruikgemaakt van de wapens. Daarnaast zijn er sterke aanwijzingen dat in 2016 en begin 2017 ook clusterwapens werden ingezet in Libië en Irak. 

Onbewoonbare gebieden

Hoewel de grote meerderheid van de nieuwe slachtoffers (857) gewond raakte of gedood werd tijdens rechtstreekse aanvallen met clusterwapens, vielen er in 2016 ook 114 slachtoffers door niet-ontplofte clustermunitie. Maar liefst 40 % van de munitie komt immers niet tot ontploffing bij impact, waardoor de resten net zo gevaarlijk worden als antipersoonsmijnen en hele gebieden onbewoonbaar worden. De helft van de in 2016 opgetekende ongevallen vond plaats in Laos (51 slachtoffers), het land waar nog de meeste clustermunitie ligt. In totaal zijn overal ter wereld 26 landen en drie gebieden verontreinigd met de resten van clustermunitie. In 2016 werd er in totaal 88 km² (een oppervlakte zo groot als Genk) ontmijnd, goed voor 140.000 stuks clustermunitie die onschadelijk werden gemaakt en vernietigd. 

Hulpprogramma's voor slachtoffers 

Van 4 tot 6 september komen de lidstaten van het Verdrag van Oslo bijeen in Genève. Wapenexperte en lobbyiste Alma Al-Osta zal tijdens de conferentie de staten vragen om het internationaal recht toe te passen en de druk op de oorlogvoerende partijen te verhogen om deze wapens niet meer te gebruiken.

Alma Al-Osta: "Handicap International roept ook de staten op om de hulpprogramma's voor de slachtoffers te steunen. Explosieve wapens kunnen permanente handicaps oplopen, met sociale, economische en psychologische gevolgen als resultaat. Zonder gepaste revalidatiezorgen, steun bij hun sociale of economische herinschakeling, hulp bij hun integratie op school of psychologische bijstand kunnen de slachtoffers en hun familieleden op bijzonder grote problemen stuiten om opnieuw een plaats te vinden in de gemeenschap."

 

De Cluster Munition Monitor maakt de balans op van de toepassing van het Verdrag van Oslo tussen januari en december 2016. Dat verdrag verbiedt het gebruik, de productie, het vervoer en de opslag van clustermunitie. Het verslag behandelt ook de eerste helft van 2017, voor zover daar informatie over is. 

Clusterbommen zijn wapens die enkele honderden kleinere bommen bevatten. Die zogenoemde clustermunitie wordt over een grote oppervlakte verspreid en komt onvermijdelijk terecht in gebieden waar burgers wonen. Tot 30 % (of zelfs 40 %) van die kleinere bommen komt niet tot ontploffing bij impact. Net als antipersoonsmijnen kunnen ze bij het minste contact ontploffen en doden of verminken ze slachtoffers tijdens, maar ook na afloop van conflicten. Ze maken geen onderscheid tussen burger- en militaire doelwitten en het gebruik van clusterbommen is in strijd met het internationaal humanitair recht.

Het Verdrag van Oslo verbiedt het gebruik, de opslag, het vervoer, de productie en de verkoop van clustermunitie. Het werd in december 2008 goedgekeurd voor ondertekening. Vandaag hebben al 119 landen het verdrag ondertekend. Het Verdrag is van kracht sinds 1 augustus 2010. Inmiddels hebben 28 partijen bij het verdrag samen al 1,4 miljoen voorraden van clusterwapens vernietigd, goed voor 175 miljoen stuks clustermunitie. Van alle door de staten aangegeven wapens werd zo al 97 % van alle clusterwapens en 98 % van alle clustermunitie vernietigd. In 2016 hebben drie partijen bij het verdrag (Slovakije, Spanje en Zwitserland) 56.171 clusterwapens en 2,8 miljoen stuks clustermunitie vernietigd.  

Handicap International is een onafhankelijke, internationale solidariteitsorganisatie die al meer dan 30 jaar hulp biedt in gevallen van armoede en exclusie, conflicten en natuurrampen. De organisatie steunt personen met een handicap en kwetsbare bevolkingsgroepen, biedt hulp, ziet erop toe dat in hun voornaamste behoeften voorzien wordt en tracht hun levensomstandigheden te verbeteren. Handicap International zet zich in voor de waardigheid en de fundamentele rechten van die personen. Sinds haar oprichting in 1982 zette Handicap International ontwikkelingsprogramma's op touw in meer dan 60 landen en bood de organisatie hulp in tal van noodsituaties. Het netwerk telt 8 nationale verenigingen (Duitsland, België, Canada, de Verenigde Staten, Frankrijk, Luxemburg, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland) en is onafgebroken in de weer om middelen te verzamelen, projecten te beheren en de principes en acties van de organisatie uit te dragen. Handicap International is een van de zes stichtende leden van de Internationale Campagne tegen Landmijnen (ICBL) en mocht in 1997 de gedeelde Nobelprijs voor de vrede in ontvangst nemen. In 2011 won de organisatie de Conrad N. Hilton Humanitarian Prize. Handicap International is overal actief waar “leven met opgeheven hoofd” niet vanzelfsprekend is.

Cluster Munition Monitor Report 2017

PDF - 14 Mb

Infographic: Cluster Munition Casualties in 2016 and in Historical Data

PDF - 1.8 Mb

Infographic: Cluster Munition Contamination

PDF - 1.8 Mb

Infographic: Cluster Munition Stockpiles and Destruction

PDF - 1.8 Mb

Infographic: Production of Cluster Munitions

PDF - 1.8 Mb

Infographic: Status of the 2008 Convention on Cluster Munitions

PDF - 1.8 Mb

Major Findings Cluster Munition Monitor Report 2017

PDF - 358 Kb

Diana Vanderheyde

Persverantwoordelijke, Handicap International

Over Handicap International

Handicap International is een internationale niet-gouvernementele organisatie die zich inzet voor mensen met een handicap en andere kwetsbare personen in het Zuiden. De organisatie is vooral bekend voor haar strijd tegen landmijnen en clustermunitie: sinds drie decennia helpen we slachtoffers en lobbyen we voor een mijnenvrije wereld. Daarvoor kregen we in 1997, als medeoprichter van de Internationale Campagne tegen Landmijnen, de Nobelprijs voor de Vrede.

Neem contact op met

Gewijde-Boomstraat 44/1 1050 Brussel

[email protected]

www.handicapinternational.be